dinsdag, oktober 10, 2006

ik kom eraan




















Op het strand van Ameland was hij als zuigling aangespoeld
overboord gegooid op een reddingsboei gebonden
hij had zich op de golven als in de baarmoeder gevoeld
en schreeuwde tot hij door een jutter werd gevonden
Ameland sprak schande van de jutter
een zonderling die leefde van de wind
die al de raarste dingen had gevonden
hoe kwam die jutter nu weer aan dat kind
als hij er daags op uitging om te jutten
moest de vondeling altijd met hem mee
en toen die na een jaar begon te praten
was zijn eerste woordje: zee

Op het strand van Ameland speelde de kleuter jaren lang
de jutter was zijn meester die hem wijze lessen leerde
hij stond wijdbeens in het zand was voor de woeste zee niet bang
en schreeuwde net zo lang tot de vloed zich keerde
Ameland sprak schande van de kleuter de vondeling die schreeuwde als de wind
hoe was het in vredesnaam toch mogelijkdat de zee zich terugtrok voor een kind
wat hij riep zou niemand kunnen zeggen dat was uit de verte moeilijk te verstaan
en toen ze het de jutter vroegen zei die volgens mij roept hij: ik kom eraan.

Ik kom eraan ik kom eraan
zee wind zon oceaan
ik kom eraan

Op het strand van Ameland stond hij als knaap in de avondzon
hij zei geen woord begon zich langzaam uit te kleden
de vloed kwam hem tegemoet hij zag alleen de horizon
nog eenmaal draaide hij zich om liep toen de zee in
Ameland sprak schande van de jongen die naakte zonderlinge vondeling
men had zich boven op het duin verzameld omdat men voelde dat er iets gebeuren gingen
toen begon hij plotseling te schreeuwen zo hard dat het tot aan de duinen klonk
nog even zagen ze hem op het water lopen voor hij in de diepte zakte en verdronk

Ik kom eraan ik kom eraan
zee wind zon oceaan
ik kom eraan

tekst: Freek de Jonge